De harige.
Wel een goede naam eigenlijk en je mag ook best zeggen dat het een harige lychee is...
- Deze kleurige vrucht ziet er een beetje onbenaderbaar uit, als een stekelvarken dat zijn stekels opzet om zichzelf te beschermen. In Thailand groeien ze volop in de zomermaanden en noemen ze het ngoh. Wij kennen het als ramboetan, dat komt dan weer uit het Maleisisch, waar het harig betekent.
Wel een goede naam eigenlijk en je mag ook best zeggen dat het een harige lychee is. Ze hebben allebei een flinke pit met daaromheen zoet wit vruchtvlees. De ramboetan bereikte Nederland via Indonesië, maar het is ook aannemelijk dat een dikke honderd jaar geleden Nederlanders in Suriname de vrucht ook al tegenkwamen. Tegenwoordig komen de meeste ramboetan uit Thailand, dat de grootste producent van de vrucht is geworden.
Als daar het seizoen voor ngoh is aangebroken hoor je op straat de boeren op hun open trucks via luidsprekers hun vers geplukte fruit aanbieden. Allemaal leuk en aardig, zul je denken, maar hoe eet ik dat ding. Simpel: met twee handen vasthouden en rustig met één hand de schil van de ramboetan in het midden openscheuren. Niet te gretig bijten, we zeiden het al, ze hebben een flinke pit.